Toelichting
belangrijkste
WvGGZ criteria
laatst bijgewerkt op 12 december 2019
KERNBOODSCHAP
De kern van de Wvggz is dat verplichte zorg alleen als laatste redmiddel kan worden ingezet. Eerst moeten alle mogelijkheden voor vrijwillige alternatieven worden onderzocht, voordat er onder dwang zorg kan worden verleend (in de Wvggz wordt het verplichte zorg genoemd).
Die verplichte zorg moet doelmatig, veilig en op maat zijn (subsidiariteitsbeginsel) en in verhouding staan tot het te bereiken doel: het wegnemen van het (aanzienlijk risico op) gevaar (in de Wvggz wordt dit ‘ernstig nadeel´ genoemd).
VERPLICHTE ZORG
Dit is zorg waar iemand met een psychische stoornis zich tegen verzet:
1. Psychische stoornis
- aansluiten bij DSM 5
- ook afhankelijkheidsstoornissen (verslavingen), persoonlijkheidsstoornissen en psychische stoornissen bij
minderjarigen vallen straks zonder twijfel onder criterium psychische stoornis.
2. Verzet
- de patiënt (of diens vertegenwoordiger) stemt niet in met de te verlenen zorg;
- verzet kan zowel verbaal als non-verbaal worden uitgedrukt;
- het ontbreken van veronderstelde toestemming van de patiënt.
DE EISEN VAN SUBSIDIARITEIT & PROPORTIONALITEIT (S&P)
EN VEILIGHEID & DOELMATIGHEID (V&D)
De verplichte zorg moet altijd voldoen aan de volgende eisen:
• Subsidiariteit: Er is geen lichtere maatregel mogelijk
• Proportionaliteit: Je past geen zwaardere maatregel toe dan noodzakelijk
• Veiligheid: De verplichte zorg moet het risico op ernstig nadeel wegnemen en geen onveiligheid veroorzaken
• Doelmatigheid: Je moet redelijkerwijs verwachten dat het verlenen van de verplichte zorg effectief zal zijn
VORMEN VAN VERPLICHTE ZORG
1. Het toedienen van vocht, voeding en medicatie alsmede het verrichten van medische controles of andere
medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan
wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening
2. Beperken van bewegingsvrijheid (waaronder fixatie)
3. Insluiten
4. Uitoefenen van toezicht op betrokkene
5. Onderzoek aan kleding of lichaam
6. Onderzoek van woon/verblijfruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen
7. Controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen
8. Aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat
betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen
9. Beperken van het recht op het ontvangen van bezoek
10. Opnemen in een accommodatie
11. Ontnemen van de vrijheid van betrokkene door hem over te brengen naar een plaats die geschikt is voor
tijdelijk verblijf als bedoeld in artikel 7:3, derde lid
ERNSTIG NADEEL
In de Wvggz betekent ‘ernstig nadeel’ hetzelfde als ‘gevaar’ onder de Wet Bopz, namelijk (het aanzienlijke risico) dat:
• de betrokken zichzelf of anderen in levensgevaar brengt, ernstig lichamelijk letsel toebrengt, ernstige
psychische, materiële, immateriële of financiële schade toebrengt, ernstig verwaarloost of ‘maatschappelijk
ten onder gaat’ of als zijn eigen ontwikkeling ernstig verstoord is of hij andermans ontwikkeling ernstig
verstoort;
• de veiligheid van de betrokkene bedreigd wordt, al dan niet onder invloed van een ander;
• het gedrag van de betrokkene zo hinderlijk is dat het agressie van anderen oproept;
• de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.